Fam. Mellisant verhalen boek

Hoofdstuk 1.

Hoe het begon...


Simgaleshi, vrijdag 13 mei 1988

De auto schudde zachtjes over het zandpad, Naomi liet zich zachtjes wiegen. Het voelde troostend, tenminste... Zo zou het voor ieder ander aangevoeld hebben. Naomi zat stilletjes op de achterbank. De bestuurder was een zeer goede vriend van haar vader. Ze zou nu bij hun gaan wonen. Ze haalde diep adem en dwong zich naar buiten te kijken. Het landschap schoof voorbij. Er was een tijd dat ze opgewonden uitkeek naar het huis van de familie waar ze nu ook naar onderweg was. Maar niet dit keer. Dit keer... was... definitief. Nooit meer zou ze naar huis gaan, haar ouders vertellen wat ze allemaal beleefd had op de boerderij van de familie. Vanaf vandaag... was ze... alleen. Ze voelde hoe de tranen in haar ogen branden en langzaam vormde één ervan een glinsterend spoor op haar wang.

"Aaron heeft meegeholpen je kamer in orde te maken... Hij vind het heel naar wat er gebeurd is maar hij heeft beloofd dat hij zich zal gedragen..." De bestuurder probeerde haar wat op te beuren. Even keek hij over zijn schouder en zag vrijwel meteen dat Naomi aan het huilen was. "Ach meiske, moet ik even stoppen? Zal ik wat te drinken halen bij Mazina?" Naomi keek even op en zag hem bezorgd in de achteruitkijk spiegel naar haar kijken. Ze veegde de traan van haar wang en schudde stilletjes nee. "Ik heb even... tijd nodig." Naomi hoorde het zichzelf zeggen en het klonk vreemd in haar eigen oren. Vreemd omdat het niet iets was wat je van een negen jarig meiske zou verwachten.

De auto draaide de oprit op en in de zonnenstralen zag Naomi al wat mensen op de veranda staan. Één van hen was Aaron, het zoontje van de man die de auto nu bestuurde. Normaal hing Naomi uit het raam van de auto en zwaaide ze vrolijk naar de familie. Nu bleef za zitten tot de auto stilstond en Aaron ingetogen naar de portier liep om die open te doen voor haar.

"Hey..." Zei hij zachtjes toen ze uit de auto kroop. Het was duidelijk dat hij niet goed wist wat hij moest zeggen. Hij keek heel snel even naar zijn moeder en weer terug naar Naomi. "Is er iets dat ik voor je kan doen?" Vroeg hij haar daarna heel voorzichtig. Naomi probeerde te glimlachen, maar dat was niet echt overtuigd. "Ik red me wel..." Fluisterde ze, zijn ogen ontwijkend "Dank je..." Aaron knikte en zuchtte. Naomi liep naar de veranda waar de moeder van Aaron stond. Aaron's vader sloeg een arm om zijn zoon en keek haar na. "Geef haar maar wat tijd..." Fluisterde hij zachtjes. Aaron beet zijn lippen samen en knikte. Hij kon zich nauwelijks voorstellen hoe moeilijk het voor Naomi was. Wat zou hij doen als hij zijn ouders kwijt zou raken, vroeg hij zich stilletjes af. Hij moest er maar niet aan denken.

Simgaleshi, Zaterdag 27 augustus 1988

"Hij doet echt niets!" Aaron houdt een appel voor de neus van de lama die er voorzichtig aan snuffelt en dan eraan begint te knabbelen. Naomi staat buiten het hek te kijken met een benauwde uitdrukking op haar gezicht. "Tegen jou misschien niet..." mompelt ze... Aaron voert de lama de laatste stukjes van de appel en kijkt weer naar Naomi "Je was nooit bang van ze Nam... Deze lamas ken je toch?" Hij blijft haar aankijken maar Naomi maakt geen aanstalten om overstag te gaan. Met een diepe zucht geeft Aaron de lama nog even snel een kriebel in de nek en loopt vervolgens naar het hek. "Ok, maar... Je snapt dat deze lamas je niet komen aanvallen, toch?" vraagt hij als hij het hek achter zich sluit. "Natuurlijk weet ik dat." Naomi probeerde om vastbesloten te klinken maar faalde er geheel in.

"Nou ja, maakt ook niet uit, je kan in ieder geval nog wel bij de kippen de eieren rapen en hun hok uitmesten." zegt Aaron als hij haar hand pakt en haar meetrekt naar de kippen. Naomi liet een giegel ontsnappen die Aaron meteen deed stilstaan. Verbaasd keek hij haar aan en grijnsde "Oeh wacht... hoorde ik je giegelen?" Naomi trok meteen een stalen gezicht. "Helemaal niet!" loog ze overduidelijk. Aaron hield zijn hoofd schuin en keek Naomi eens lang aan. "Volgens mij giegelde je echt wel!" zei hij vervolgens, daarna boopte hij licht haar neus en ging er vandoor "Nu moet je me verslaan om als eerste bij het kippenhok te zijn anders moet je voor straf een kusje op de kop van Salsa geven!" Naomi fronsde heel even en zette toen de achtervolging in. "Dat gaat dus niet gebeuren!" roept ze hem achterna.

Ashanti kijkt door het raam naar de twee kinderen op het achtererf. "Ze begint al weer wat vrolijker te worden." Zegt ze terwijl ze met twee mokken koffie omkeert en er één voor de neus van haar man neerzet. Hij geeft haar een warme glimlach als dank en kijkt dan als een automatisme naar het raam waardoor zijn vrouw net keek. "Ja, ik denk wel dat ze er uiteindelijk overheen zal komen..." Zijn stem klonk alsof hij in gedachten verzonken was. "Maar?" Vraagt Ashanti uiteindelijk als haar man niet verder gaat. "Maar... ik denk niet dat ze ooit nog in de buurt van een lama zal durven te komen. We zijn nu inmiddels alweer drie maanden verder en nog altijd gaat ze niet verder dan tot het hek en dan nog springt ze weg zodra de lamas naar haar toe komen lopen." hij draait zich nu weer naar zijn vrouw. "En de nachtmerries zijn niet minder geworden." Ashanti staart in haar koffie "Het is ook vreselijk als je bedenkt dat ze gewoon alles heeft gezien, hun schreeuwen heeft gehoord..." Michael knikt. "Ik denk niet dat we haar ooit nog bij een lama in de buurt zullen zien en dat zullen we moeten accepteren." Zegt hij vervolgens met een zucht en neemt een slok van zijn koffie. Op dat moment vliegt de deur open en rennen de twee kinderen naar binnen. "Tante! Oom! Aaron zegt dat ik Salsa een kusje op zijn kop moet geven..." begint Naomi uitgelaten, Aaron maakt haar zin af "Maar we kunnen hem nergens vinden!"

Michael en Ashanti kijken elkaar even bedachtzaam aan. Ashanti schud haar hoofd en lacht zachtjes als Michael opstaat "Wat? Salsa weigert zich te laten kussen op de kop? Dat kan niet hoor" zegt hij lachend en beent naar de deur. De twee kinderen kijken elkaar kort aan en volgen hem vervolgens naar buiten.

Die avond ligt Aaron in zijn bed als hij zachtjes snikken hoort. Hij kijkt op zijn wekker, kwart voor vier. Zachtjes zoekt hij zijn sloffen en loopt hij naar de kamer naast die van hem. Even luisterd hij aan de deur en hoort inderdaad het gesnik nu duidelijker. Het is Naomi die haar nachtmerrie heeft, zo weet hij inmiddels. Even twijfelt hij. Moet hij zijn ouders wakker maken of... Zal hij zelf naar haar toe gaan? Tenslotte is hij al wakker. Zachtjes opent hij de deur en loopt naar het bed van Naomi en gaat op de rand zitten. Hij weet niet zo goed wat hij nu moet doen. Moet hij haar wakker maken? En hoe moet hij haar wakker maken, want hij heeft inmiddels al wel begrepen dat Naomi volledig in paniek wakker schrikt als je haar aanraakt in haar slaap. Voorzichtig reikt hij naar haar schouder, voor hij haar echter kan aanraken hoort hij achter zich het gekraak van vloerplanken. Hij kijkt over zijn schouder en ziet zijn moeder in de deuropening. "Laat mij maar even Aaron" zegt ze zachtjes waarop Aaron zachtjes opstaat en op een afstandje gaat staan. Zijn moeder loopt naar Naomi en fluisterd heel zacht in het meisje haar oor "Het is al goed meiske... je bent veilig... hmm?" Naomi wordt huilend wakker en slaat haar armen om de nek van Ashanti die haar zachtjes over haar rug strijkt en wiegt "Stil maar meisje... stil maar hmm... Het is allemaal goed... je bent veilig" mompelt ze troostend. Aaron bekijkt het allemaal met een diepe frons op zijn kindergezicht. Nog nooit had hij Naomi zo van streek gezien en hij voelde... boos dat hij niets kon doen. Naomi was zijn vriendinnetje en ze moest niet zo'n verdriet hebben... Wat kon hij doen? Zijn moeder keek naar hem terwijl ze nog altijd Naomi troostte. "Kan jij even een glaasje water voor h..." "Meteen!" Hij liet zijn moeder niet eens haar vraag afmaken. Als hij Naomi ermee hielp, zou hij alles doen. Op zijn sloffen haastte hij zich naar de keuken en schonk haar een glas water in. Eerst liet hij het water even flink doorrazen, dan was het lekker koud en dat zou lekkerder zijn.

"Hier mam" zei hij als hij zijn moeder het glas geeft. Voorzichtig nam Naomi wat slokjes van het koude water. Haar wangen waren nog altijd rood en nat van tranen. "Dank je..." fluisterde ze en gaf het glas weer aan Ashanti. "Meisje, dit kan toch zo niet doorgaan... hmm? Misschien moesten we toch maar weer met de dokter gaan praten he, misschien kan hij iets voor je doen?" Zegt Ashanti zacht als ze Naomi over haar haar aait. Naomi zucht eens diep "Ik wil niemand tot last zijn..." mompelt ze.

"Maar dat ben je helemaal niet Nam!" zegt Aaron stellig. Ashanti kijkt naar hem op en glimlacht, vervolgens keert ze weer naar Naomi "Aaron heeft gelijk. Je bent niemand tot last. Maar als je zo slecht slaapt, en met al die nachtmerries, meisje... dan wordt je een keer ziek. Dat gaat niet goed komen zo... Dus moeten we toch iets gaan doen." Naomi kijkt stilletjes naar de grond, langzaam knikt ze... "Misschien..." Ashanti geeft haar een kus op de kruin "Dat komt morgen dan wel... Nu gaan we eerst weer proberen te slapen he? Zal ik een lampje aanlaten?" Ze doet het lampje op het nachtkastje al aan als Naomi naar Aaron kijkt en vervolgens weer naar Ashanti... "Mag Aaron bij me blijven slapen alsjeblieft?" Ashanti kijkt Naomi aan met een opgetrokken wenkbrauw. Vervolgens draait ze naar Aaron die haar smekend aankijkt, hij wilde iets doen en als het hielp, dan was hij het die Naomi weer kon laten slapen. Hoe fijn zou het zijn als hij zo kon helpen. "Dat is misschien niet eens een slecht idee... Ga je hoofdkussen maar pakken Aaron..." Ze had haar zin nog niet afgemaakt of de kleine jongen was al naar zijn kamer gesneld om vervolgens weer te verschijnen met zijn kussen onder zijn arm. "Ik bescherm haar wel mam." Zegt hij moedig met vooruitgestoken borst. Ashanti grijnst en schud haar hoofd "Goed... En nu snel naar bed, Prins Aaron, en lekker slapen jullie alletwee." Aaron duikt in het warme bed en Naomi maakt wat plaats voor hem. Als ze beiden weer liggen stopt Ashanti de twee goed in en geeft ze beiden nog een kus op het hoofd. "Zo en nu slapen, anders blijven jullie altijd zo klein en ik denk niet dat ik of je vader daar blij van worden." Grapt ze.

Als ze weg is en de deur op een kier heeft gelaten, draait Aaron naar Naomi en kijkt haar aan. "Ga jij maar slapen hoor, ik blijf wel wakker en ram zo alle lamas die je wat willen komen doen, op de lama snoet" Naomi moet hier om lachen. Aaron kon zo stoer doen... Maar hij was best klein voor zijn leeftijd en absoluut niet angstaanjagend of zo. Toch voelde het zo wel een stukje veiliger. "Dank je wel... welterusten..." fluisterd ze terug. Niet lang erna ligt ze weer te slapen. Aaron bleef niet lang wakker, want nog geen minuten na Naomi zakken ook zijn ogen dicht en worden ze beiden pas gewekt als de haan op het achtererf flink van zich laat horen.